Naar overzicht

Hogere pensioenleeftijd alleen volstaat niet

Al jaren stoppen we collectief de kop in het zand over de houdbaarheid van ons pensioenstelsel. Omdat ook de politiek het moeilijk heeft om met het oog op de lange termijn te handelen, werd een pensioencommissie opgericht die gisteren haar rapport publiceerde. We moeten echt af van het uitstelgedrag dat ervoor zorgt dat ons pensioenstelsel meer en meer op drijfzand gebouwd wordt. Al lang weten we dat langer werken de meest effectieve wijze is om de rekening te doen kloppen. De pensioencommissie stelt nu voor dat de wettelijke pensioenleeftijd tegen 2025 naar 66 en tegen 2030 naar 67 zou evolueren maar dit heeft vooral een symbolische waarde. Het is immers een fictie dat het zou volstaan om een hogere pensioenleeftijd te decreteren opdat de loopbaanduur effectief ook langer wordt. 



Om een eind te maken aan de cultuur van valse beloftes die nog maar weinigen geloven, moet een methode ontwikkeld worden waardoor werkenden hun inspanning duurzaam vertaald zien in pensioenrechten. 



Voldoende punten



De pensioencommissie heeft hiervoor inspiratie opgedaan in een puntensysteem zoals het ook al bestaat in Frankrijk en Duitsland. Je kan een ‘pensioenpunt’ sprokkelen per voltijds jaar dat je evenveel verdient als wat werknemers gemiddeld verdienen in één jaar. Wie meer werkt, of verdient, krijgt meer dan een punt. Zo komen we eindelijk tot de realisatie van de slogan die Steve Stevaert tien jaar geleden lanceerde: “Niet het bouwjaar is van belang, het gaat om het cijfer op de kilometerteller”. 



Het is essentieel dat mensen beseffen dat een pensioenstelsel hervormd moet worden om duurzaam te zijn. Vandaag is het te veel een systeem dat mensen verdeelt in plaats van verbindt. In een puntenstelsel beschikt elk individu over een individuele puntenrekening waardoor hij of zij kan bijhouden welke rechten reeds opgebouwd werden. Uiteraard laat dat nog steeds toe dat voor periodes van ziekte en andere verschoonbare niet-activiteit er toch pensioen uitbetaald  zal worden. Op pensioenleeftijd wordt deze rekening omgezet in een bedrag dat berekend wordt op basis van onder meer de resterende levensverwachting. Op deze manier kan verzekerd worden dat het pensioen gefundeerd is, dat de rekening dus klopt. Dit laat ook toe om rekening te houden met verdere demografische evolutie. En dat een individu beloond wordt om zijn carrière zo gewenst langer voort te zetten. 



Het systeem is reeds van kracht in Duitsland sinds 1992 en laat toe dat het systeem automatisch bijgestuurd wordt en dus niet langer zomaar ontspoort. Het is nu aan de politiek en sociale partners om belangrijke knopen door te hakken omtrent de transitie van het huidige naar het toekomstige regime. Drie opties zijn voorhanden. 



(1) Een omschakeling met onmiddellijke aansluiting houdt in dat van de ene dag op de andere van techniek wordt veranderd: het oude systeem wordt afgesloten en alle rechten die in het oude systeem verworven waren, worden herberekend in de vorm van virtueel kapitaal. (2) Een geleidelijke omschakeling met aansluiting bij achtereenvolgens het oude systeem en het nieuwe systeem duurt het langst. (3) De laatste optie is een geleidelijke omschakeling met gelijktijdige aansluiting bij het oude en het nieuwe systeem. Dit betekent dat de overgangsgeneratie gelijktijdig bij het oude en het nieuwe systeem wordt aangesloten, waarbij aan het pensioen van het nieuwe systeem een relatief gewicht wordt toegekend dat generatie na generatie toeneemt, totdat het op het einde van de omschakeling overeenkomt met 100% van het pensioen. 



De keuze uit de geschetste opties zullen de duur van de overgang bepalen. Het expertenrapport bevat nog veel keuzemogelijkheden voor de sociale partners en de regering. Welke pensioenen we krijgen zal dus ook sterk afhangen van de samenstelling van de nieuwe federale regering!



Vandaag is wellicht de laatste kans om ons pensioen nog te redden. In het verleden gingen politici er gemakkelijk vanuit dat het voldoende was de bevolking luchtkastelen voor te spiegelen. Alsof de mensen er niet zouden bij stilstaan vanwaar de middelen zouden komen. Tot vandaag bestaat de verleiding bij sommigen om maar te gokken dat er voldoende economische groei zal zijn. Het wordt tijd dat de bevolking ernstig genomen wordt en dat rekening eindelijk klopt.