Naar overzicht

Goed beleid versus slecht beleid

Ter gelegenheid van het essay van Itinera fellow Bilal Benyaich over radicalisering sloten zowel Antwerpse burgemeester Bart de Wever als Rotterdams burgemeester Ahmed Aboutaleb zich aan bij de stelling dat de strijd tegen het extremisme geen politieke kleur heeft. Op twitter stelde Frank Van Massenhove dan weer dat geen enkel goed beleid dat heeft. Daar sluit ik me dan weer graag bij aan.

Typisch doet dat de tenen krullen van menig activist die net de ambitie heeft om te polariseren. Zo is er inzake klimaatbeleid een beweging die net depolitisering aanklaagt omdat dit geïnterpreteerd wordt als het miskennen dat er diepe belangenconflicten in het geding zijn. Uiteraard moet er niet vervallen worden in de sciëntistische illusie dat waardeoordelen bij een probleem niet te pas komen. Maar dat mag geen vrijgeleide zijn voor ondoordachte politieke besluitvorming.

Goed beleid houdt juist in dat een kortzichtige lezing overstegen wordt en keuzes helder gemotiveerd worden. Als dit goed gedaan wordt dan zal nogal eens vastgesteld worden dat er veel meer gemeenschappelijke doelen zijn dan de gepolariseerde waan van de dag suggereert. Cruciaal is inderdaad te wijzen op de lange termijnhorizon. Zowel bedrijven als burgers delen bijvoorbeeld hetzelfde algemeen belang van een duurzame economie met zorg voor de leefomgeving. Discuteren over de hoogte van het pensioen gaat een grote kloof tussen links en rechts openen. Eenmaal echter de discussie verschuift naar het houdbaar maken van het pensioenstelsel gaan recepten zoals langer werken helemaal niet meer als louter ideologisch bestempeld kunnen worden.

Begrijp me niet verkeerd: het onderscheid tussen links en rechts blijft een legitieme discussie. Alleen is het verkeerd elk debat daartoe te reduceren. Is voor een goed bankenbeleid de dimensie links of rechts de meest pertinente? Of veeleer de as die gaat van beleid dat gelabeld kan worden als roekeloos of anti-roekeloos? Het is niet toevallig dat tegen het systemische bankenprobleem van “too big to fail” zowel libertarische denkers als een Joseph Stiglitz of Paul Krugman in het geweer komen.

Zonder bijsturing kennen veel processen waar de mens de hand in heeft een ontsporing die welvaarts-en welzijnsbedreigend zijn. Dit gaat van het vernietigen van biodiversiteit tot het opstapelen van overheidsschulden. Uiteraard kan politiek handelen soms ideologisch geïnspireerd zijn. Als het echter enkel dat is, dan zal het resultaat niet lang stand houden. Met name het fiscaal beleid ontaardt nogal gemakkelijk in een beloftecultuur van cadeaus voor de eigen achterban. In ons land heeft dit een doolhof van ondoorzichtige regels opgeleverd zodat een echte fiscale hervorming zich opdringt. Het zou erg zijn indien hierbij de fase van objectiveren zou overgeslagen worden om onmiddellijk de fase van politiseren te laten woekeren. Verantwoordelijk regeren betekent dus ook het beleid niet te verengen tot ideologie. Het belangrijkste onderscheid blijft dus goed beleid versus slecht beleid waarbij dat laatste vooral samenhangt met de houding om de realiteit maar als een vervelend te negeren obstakel te beschouwen.

Besturen impliceert risico’s beheren. In een land met een overheidsschuld van 400 miljard euro en een wereld van instabiliteit zou dat een appel moeten zijn voor alle verantwoordelijken.