Naar overzicht

Een robuust voedselsysteem

Met de coronacrisis hebben velen ontdekt dat de bevoorradingszekerheid van producten in de huidige complexe wereld geen vanzelfsprekendheid is. Het levert voor bedrijven serieuze kopzorgen op. Extreem precair wordt het wanneer er ook bevoorradingsproblemen opduiken op de voedselmarkten. Het is belangrijk dat er een goed zicht is op de kwetsbaarheden van de aanvoerketens. Het feit dat het lang geleden is in Europa dat het echt op grote schaal verkeerd liep, creëert op zich het gevaar van te weinig waakzaamheid terzake.

Kritische economen maakten met de financiële crisis de analyse dat het financieel systeem leidt onder het probleem van “de lange keten”. Zeker als daardoor de moraliteit van verantwoordelijkheid verzwakt kan dat ziekelijk problematisch worden. De analyse was toen ook dat de roekeloosheid van centrale banken veel risicovol gedrag stimuleren door hun goedkoopgeldbeleid. De hoge inflatie vandaag kan daar helaas niet los van gezien worden. De crisis van de voedselprijzen heeft echter ook naar analogie met de bankencrisis een meer systemische kant.

Robuust voedselsysteem

Over naar de voedselsector. George Monbiot (oa columinist voor de Guardian) stelt in zijn nieuw boek “Regenesis: Feeding the World without Devouring the Planet” dat er ook in het voedingstelsel een structurele en reeds lang groeiende systeemcrisis aan het woeden is (1). Waar ik hem volg is dat het steeds opletten is voor ontsporingen omdat de menselijke overmoed ons nu eenmaal vaak parten speelt. Dit gekoppeld met cognitieve verblindingen van allerlei aard.

Als er over onze voedselbevoorrading zelfgenoegzaamheid en overmoed bestaat, dan heeft die blindheid wellicht zijn wortels in het idee dat er zoveel decennia een dalende tendens was bij het aantal ondervoede mensen op wereldschaal. Die curve kan velen in slaap gewiegd hebben. Critici stellen dat kenmerken die het voedselstelsel minder kwetsbaar maken op belangrijke knooppunten verzwakt zijn. In plaats is een grotere convergentie en synchronisatie van  bedrijfsstrategieën gekomen. Minder redundantie, modulariteit  en backupsystemen dus. Volgens een bepaalde benadering controleren vier mastodonten tot 90% van de mondiale graanhandel.

De kernvraag is of ons voedselsysteem robuust is. Op dit moment lijkt het nog gerechtvaardigd te zijn om te stellen dat het dit in de grotere mate is dan veel andere systemen. Het heeft zeker een veerkracht want ook tijdens de coronacrisis is er steeds een aanbod geweest ondanks vragen daarover. Uiteraard is het een complex systeem wat dus zwakke plekken kan bevatten zonder dat we ze gemakkelijk weten te identificeren. Een betrouwbaar systeem bevat redundantie wat betekent dat er duplicatie is ingebouwd zodat er bij falen een terugvalpositie is. Om de fragiliteit van een systeem te reduceren mag het falen op een bepaald punt niet het hele netwerk bedreigen. Dit impliceert economisch typisch best een diversiteit aan zakenmodellen. In de financiële crisis waren te veel banken op exact dezelfde wijze bezig. Er zijn tendensen van eenzijdigheid met een afnemend divers ecosysteem inzake voedsel. Evengoed moet ook gesteld worden dat er voor veel voedingselementen ook ruime alternatieven bestaan.

Bevoorrading: Westen versus de rest

We dienen zeker waakzaam te zijn voor boven beschreven risico’s. Het voedingssysteem in het Westen lijkt wel minder kwetsbaar te zijn dan in veel andere delen van de wereld (2). De coronacrisis toonde aan dat internationale handel als een buffer kan functioneren waarbij een tekort op één continent gelenigd kan worden door aanbod komende van een ander continent. Met name lijkt Europa hier een groot voordeel uit te halen maar een continent als Afrika dat op zoveel wijzen al fragiel is, veel minder (3). Uiteraard ondervinden we in de Europese Unie ook problemen van stijgende voedselprijzen door de combinatie van de pandemie en vooral de invasie van Oekraïne. Dit betekent echter niet dat de markt niet werkt, in tegendeel. Wel is het opletten geblazen. Omdat buurland Maleisië geen kip meer wil exporteren, verdwijnen daar maar liefst 3,6 miljoen kippen per maand van de markt. Hoelang het exportverbod zal duren, is nog niet duidelijk. Brazilië, Australië en de VS blijven Singapore wel nog bevoorraden met kippenvlees. Toch is het opnieuw duidelijk hoe riskant bijna totale afhankelijkheid van voedselimport is, zeker voor landen met weinig alternatieven. Eerder hield Indonesië palmolie binnen de eigen grenzen. Ook India verkiest om geen graan meer te exporteren en in Sri Lanka hebben hoge voedselprijzen fel protest veroorzaakt. De burger in Singapore wordt ondertussen aangeraden eiwitvervangers te kopen (4).

Wat landen in het Westen extra moet bezig houden is de mate dat de financialisering ook in de voedingssector kwetsbaarheden heeft binnengeloodst. Concentratie van de markt in slechts enkele sleutelspelers en te hoge schuldposities blijken dan ook de kwetsbare plekken die niet onderschat mogen worden. Een van de meest frustrerende elementen van de bankencrisis was dat de bevolking dacht dat gegeven haar belang problematische ontwikkelingen in financiële sector toch wel ernstig en kritisch opgevolgd worden. Gegeven het belang van de voedselsector voor de mens zou het erg zijn, moesten we tot de ontnuchtering komen dat het risico voor een voedselcrisis op wereldschaal onvoldoende geanticipeerd wordt.

Betaalbaarheid

Om de betaalbaarheidscrisis voor de hele wereld aan te pakken, is het belangrijk dat het conflict met Rusland niet inhoudt dat het landbouwareaal van Oekraïne voor een lange termijn onbeschikbaar blijft. Een van de kwetsbaarste punten, ook in het Westen, is de beschikbaarheid van kunstmest. Volgens de Green Markets North America Fertilizer Price Index zijn de kunstmestprijzen bijna 150% hoger dan vorig jaar. Dit hoeft echter niet de voedselbevoorrading in het Westen te rantsoeneren. Onze voedselproductie is in Vlaanderen voor de helft afhankelijk van het gebruik van kunstmeststoffen. Indien dierlijke mest op een correcte manier bewerkt wordt, kan dit een aanvaardbare alternatief vormen voor chemische kunstmeststoffen. Daarvoor moet Vlaanderen wel bereid zijn om aan de EU te vragen de Nitraatrichtlijn aan te passen wat een meer circulair gebruik van dierlijke mest mogelijk maakt. Het is een voorbeeld van de wijze waarop flexibiliteit toelaat om de voedselbevoorrading te verzekeren. In 2011 pleitte ik in het landbouwmagazine Landgenoten van VILT reeds voor meer prudentieel denken over landbouwbeleid met gepaste plaats voor buffers en afbouw van kwetsbaarheden. Zoals The Economist stelde, creëert momenteel de combinatie van tegenvallende oogsten in China door overvloedige regenval, hitte en droogte in India maar ook de VS en Afrika uitzonderlijke stress op het voedselsysteem. Voor ons is momenteel essentieel dat de globale handel zijn rol van buffer kan naast de bereidheid om verstandig om te springen met reguleringen die in crisistijden flexibeler bekeken dienen te worden. (5)

(1) George Monbiot, 2022, “Regenesis: Feeding the World without Devouring the Planet”, Allen Lane

(2) Risky Returns: The Implications of Financialization in the Food System - Clapp - 2018 - Development and Change

(3) Michael J Puma ea,, 2015, Assessing the evolving fragility of the global food system - Environmental Research Letters, Volume 10, Number 2 C

(4) ‘Like McDonald’s with no burgers’: Singapore faces chicken shortage as Malaysia bans export Singapore The Guardian

(5) The economist, The coming food catastrophe, The coming food catastrophe, 21 mei 2021