Naar overzicht

De opkomst van neo-etatisme

Maximumprijzen voor energie. Werknemersvertegenwoordigers in raden van bestuur. Hogere minimumlonen voor werknemers. Loonplafonds voor managers. Meer rechten voor de werkers in de deeleconomie. Meer overheidsuitgaven. Hogere belastingen. Rara: van wie is deze politieke wenslijst? Ze zou hardcore PVDA kunnen zijn, of van de Waalse Parti Socialiste, misschien zelfs van de sp.a in een linkse rêverie. Maar dat is ze niet. Ze is van de Britse conservatieve partij, neergeschreven in het manifest waarmee die dezer dagen de Britse kiezer wil verleiden.

Theresa May, de tweede vrouwelijke premier uit de Britse geschiedenis, doet er blijkbaar alles aan om de erfenis van die eerste vrouwelijke premier ongedaan te maken. Intussen al tot ‘Rode Theresa’ gedoopt, wil ze het blauwe Thatcher-bloed van kleinere overheden en lagere belastingen uit de bloedbaan van de Britse politiek bannen. Gekoppeld aan haar bekering tot de Brexit-logica van een soeverein Groot-Brittannië, staat haar partij voor een hedendaagse en mildere versie van nationaalsocialisme: een sterke nationale staat met sterke staatsambities in de economie.

Wedergeboorte van de staat

Hoe ernstig moeten we dit nemen? Theresa May is de Donald Trump van de Europese politiek: berucht voor de plasticiteit van haar standpunten. Sommigen lezen haar verkiezingsmanifest als pure tactiek, bedoeld om de Britse socialistische partij voor lange tijd naar de marginaliteit te verwijzen. Ik denk dat er meer aan de hand is. De wereldwijde financiële crisis van 2007-08 heeft de legitimiteit van markten ondermijnd. Jarenlang hebben waarnemers vergeefs ter linkerzijde gezocht naar een nieuw verhaal over de wedergeboorte van de staat. Dat verhaal wordt nu aan de rechterzijde geschreven, zowel in de VS als in Europa.

De terugkeer van de staat drijft op drie stromen: oppositie tegen globalisering en immigratie, ambitie voor nationale identiteit en veiligheid, en opportunisme om de staat te gebruiken voor economische doeleinden. Er is geen fundamentele marktaversie, maar de schroom om markten te verstoren of te vervangen door politiek en overheid is verdwenen. Er is geen nieuwe ideologie, maar een post-ideologie om naargelang het politieke weer de markteconomie te respecteren of te torpederen. Dat kenmerkt het economische beleid van Trump en May net zozeer als de agenda waarmee Emmanuel Macron tot president van Frankrijk is verkozen.

Kerntaken?

Wanneer de voormalige bedenkers van het zogenaamde ‘neoliberalisme’ nu de pleitbezorgers van een ‘neo-etatisme’ worden, zullen ze moeten bevallen van een duidelijke visie over prioriteiten, modaliteiten en grenzen van nieuw overheidshandelen. Wat zijn de kerntaken van die nieuwe dappere overheid? Wat zijn de krijtlijnen die legitiem van willekeurig overheidshandelen moeten onderscheiden? Hoe moeten overheden en markten dan wel worden verweven? Hoe valt overheidsinterventie in de economie te rijmen met faire handel in de Europese Unie en in de wijdere wereld? Of denderen we zonder kompas verder richting het ‘recht van de sterksten’ en het ‘verdeel en heers’ waarin het Westen ideologisch aansluit bij China?

De wens voor meer maatschappelijke integratie, meer burgerschap, meer landsgrenzen en meer veiligheid, maakt de staat sowieso belangrijker voor de economie. Het is maar een kleine stap om van dat politiek activisme ook economisch activisme te maken. Maar tussen woord en daad staat de werkelijkheid van de sociale welvaartsstaat die geen enkele neoliberaal ooit heeft afgebouwd. De erfenis daarvan bestaat uit grote overheidsschulden, onbetaalde beloftes en loden lasten voor de toekomst. Aan die slagschaduw zal het neo-etatisme maar moeilijk kunnen ontkomen.