Naar overzicht

Het COVID-syndroom

Het beeld van de Russische president Poetin en de Franse president Macron aan de uiteinden van een ellenlange tafel in Moskou is de wereld rondgegaan. Een tafel als metafoor voor de kloof die Rusland en het Westen verdeelt, als symbool voor een dovemansgesprek tussen staatshoofden, als diplomatieke vernedering van een Europa dat in het Kremlin vooral wordt geminacht.

Er is nog een andere symboliek: die van corona en van de absurde tafel als geforceerde sociale afstand. Naar verluidt, is Poetin extreem beducht voor besmetting. Hij ziet enkel intieme vertrouwelingen live en vraagt van veel bezoekers twee weken voorafgaande quarantaine. Buitenlandse gasten reizen naar Moskou om met hem via video of telefoon in dezelfde tijdzone te kunnen praten. Zelf reizen doet hij nauwelijks en alleen om met kritieke geallieerden plannen te smeden.

Het is met de Chinese president Xi Jinping niet veel anders. Heel China zit potdicht. De man die enkele jaren geleden, aan de vooravond van de pandemie, nog de gevierde lieveling in Davos was, komt zijn land niet meer uit. De elite van China leeft al bijna twee jaar in zelf opgelegd isolement. De afgelopen winterspelen zagen bevriende regimes eer komen betuigen aan het communistische hof, maar brachten geen directe menselijke contacten met andersgezinde leiders.

Toenemende vervreemding tussen politieke leiders

Wetenschappers documenteren de psychologische gevolgen van quarantaines, sociale afstand en andere vrijheidsbeperkingen tijdens de pandemie. Het welzijn van kinderen en jongeren baart ons zorgen. Werkgevers en HR-specialisten breken hun hoofd om digitaal werken met welbevinden en teamdynamiek te verbinden. Maar wat betekent de pandemie voor de psychologie van politici? Is er een COVID-syndroom van toenemende vervreemding tussen politieke leiders die leidt tot wantrouwen en spanning? Lijdt de wereldvrede onder het gedwongen sanitaire isolement van de wereldleiders?

Is het toeval dat Poetin anno 2022 geen uitweg ziet uit zijn duistere fantasie van een omsingeld Rusland dan door oorlog? Is het toeval dat het antagonisme tussen China en de VS is toegenomen niettegenstaande de beminnelijke Joe Biden de agressieve Donald Trump heeft vervangen? Of kunnen we aannemen dat de negatieve impact van afstand en scheiding onder COVID ook de relaties tussen wereldleiders en tussen hun landen treft?

Afstand betekent minder vertrouwen, minder vertrouwdheid, minder informatie en minder sociale relaties. Dat kan niet anders dan negatief wegen op ons vermogen tot begrip en compromis. Politiek en geopolitiek drijven op intermenselijke emotie en verstandhouding. Geen enkele video-call of Zoom-vergadering kan de chemie van direct menselijk contact evenaren. Dat merken we ook bij ons. De huidige federale regering heeft vele maanden lang alleen digitaal gefunctioneerd. Nu de restricties verminderen, vindt de regering stilaan een hogere versnelling met hervormingen die crisismanagement overstijgen. Toeval?

COVID geeft autoritarisme vleugels

Politicologen hebben al vastgesteld hoe autoritaire regimes van de pandemie misbruik hebben gemaakt om mensenrechten en persoonlijke vrijheden verder te beknotten. Misschien kunnen ze ook objectiveren hoe diplomatie, internationale relaties en geopolitiek zijn getroffen door een COVID-syndroom van wederzijdse vervreemding en wantrouwen. Als de hypothese klopt, is COVID een bijzonder schadelijk politiek virus. Het geeft autoritarisme vleugels, het verzuurt democratieën en het verpest de geopolitiek.

We kunnen uitzien naar het gecontroleerde einde van de pandemie, dat hopen we vurig. Maar hoelang zal het geopolitieke COVID-syndroom nazinderen? Legt COVID op een onderlaag van objectieve belangentegenstellingen een bovenlaag van subjectief antagonisme die de wereldgeschiedenis zal tekenen? We zullen het snel weten, in Oekraïne.

Weergave van column in Trends, geschreven in eigen naam.