Naar overzicht

Brexit falen

Hoe diep is de verstandhouding tussen het Verenigd Koninkrijk en het Europese continent weggezakt dat we pas aan de vooravond van Kerstmis zullen weten of een handelsakkoord lukt? De Europese Unie heeft handelsakkoorden met zowat tachtig verschillende landen, van Albanië tot Zimbabwe, van Colombia tot Singapore. Is er met de Britten echt geen derde weg denkbaar tussen een globaal akkoord en geen akkoord?

Zodra de Brexit vaststond, stond ook de centrale toekomstvraag vast: in welke mate zou Groot-Brittannië zijn onafhankelijkheid kunnen combineren met toegang tot de Europese markt? De Britten wilden beide, de Europeanen wilden één van beide. Zovele omwentelingen verder zijn dat blijkbaar nog steeds de respectieve posities. Zo een falen kan niet alleen op het conto van de fabulerende Boris Johnson worden geschreven.

De populistische ‘brexiteers’ hebben altijd luidop gehallucineerd over hun vermogen om met de Unie een handelsakkoord op maat te sluiten. Maar tegenover hun dagdromerij staat en stond ook Europese halsstarrigheid. Het dogma dat de Brexit geen aantrekkelijk precedent mag zijn en de mantra dat de interne markt één en ondeelbaar is, hebben de onderhandelingen met Londen beroofd van een gezonde dosis historisch besef en toekomstperspectief.

Niet zomaar een handelspartner


Het Verenigd Koninkrijk is niet zomaar een handelspartner: het is onze belangrijkste bondgenoot. Het is een Europese natie die uitblinkt in datgene waarin de continentale Europese landen doorgaans afgaan: in staatsveiligheid, in defensie en in geopolitiek. In het internettijdperk kan handel niet worden losgekoppeld van data- en cyberveiligheid. Een handelsakkoord met Groot-Brittannië is niet alleen een zaak van markt en commercie, het is ook een sokkel voor strategische en veiligheidssamenwerking. We willen echt geen strategische splijtzwam binnen West-Europa.

Ik kan mij niet van de indruk ontdoen dat zowel de Britse als de Europese leiders zijn blijven steken in de eerste fase van rouwverwerking, die van ontkenning. De Britten ontkennen de realiteit van een eengemaakte Europese markt. Vraag eenzijdige toegang tot de Europese markt en je vraagt alle voordelen van de Unie zonder het lidmaatschap. De Europeanen ontkennen de realiteit dat Groot-Brittannië de Unie verlaat voor meer nationale soevereiniteit. Vraag de Britten om Europese regels te blijven volgen op straffe van handelstarieven en je vraagt hen om de Brexit feitelijk in te slikken.

Een derde weg is denkbaar omdat het internationale handelsrecht bulkt van de verdragsteksten en arbitrageformules om voorwaardelijke vrijhandel te verbinden met voorwaardelijke soevereiniteit. Zo tolereren handelspartners onderlinge concurrentie in regels en standaarden binnen de grenzen die ze samen afspreken. Waarom kan dat niet met Groot-Brittannië?

Hun welvaartstaat is even heilig


De Britten zullen heus geen investeringsparadijs van lage belastingen en lakse regels optrekken over het Kanaal. Hun welvaartsstaat is al even heilig en geldverslindend als de onze. De Britten geloven meer dan de Europeanen in marktwerking. Ze zullen heus geen dirigistisch staatskapitalisme à la Peking vanuit Londen op ons loslaten. In elk geval kunnen over dat alles volwassen bandbreedtes worden onderhandeld. In elk geval is het mogelijk die afspraken te overzien met een ander orgaan dan bestaande Europese instellingen, waaraan de Britten zich nu juist hebben onttrokken.

Ik verwacht dat er te elfder ure een compromis landt. Maar ik hoop dat Europa zich daarin ook meegaand zal tonen. Een akkoord dat aanvoelt als een vernedering plant de zaden voor verdere verdeeldheid. We zijn begonnen aan de Brexit-scheiding met de hoop ooit weer huwelijksbeloftes te kunnen afleggen. Die hoop is al vervlogen. Als we niet opletten, komt daar nog rancune bovenop.

Weergave van column in Trends, geschreven in eigen naam.