De blinde vlek van het zomerakkoord: industriële ambitie

Met het zomerakkoord heeft ons land laat urgentiemaatregelen genomen die niet het gewenste ambitieniveau bereiken. Dat moeten we vermijden bij de toekomstwerf van de regering: de renaissance van industrie, technologie en veiligheid in Europa.
Hoera! De regering-De Wever kan haar regeerakkoord uitvoeren. Een flexibelere arbeidsmarkt, beperkte werkloosheidsuitkeringen, uitgevlakte verschillen in pensioenen en aangescherpte loopbaanvoorwaarden: het zijn maatregelen waarop talloze experts en instellingen al jarenlang hamerden. Ze waren er beter veel vroeger gekomen en ze hadden breder moeten zijn, met een nieuwe loopbaancultuur gedragen door modern sociaal overleg, een werkverzekering die arbeid garandeert en pensioenen die duurzaam de demografie reflecteren via puntensystemen. De regering worstelt met de erfenis van het verleden.
Dat is wat de Belgische politiek blijkbaar doet: laat urgentiemaatregelen nemen die wel in de juiste richting gaan, maar niet het gewenste ambitieniveau bereiken. Dat is wat we moeten vermijden bij wat de toekomstwerf van de huidige regering is: de renaissance van industrie, technologie en veiligheid in Europa, tegen de achtergrond van de geopolitieke instabiliteit.
Voorlopig blijft het op dat vlak willen maar niet kunnen. We willen industrieel beleid, getuige plannen en overleg op alle beleidsniveaus. Maar voor defensie-uitgaven gaan we niet verder dan het strikte minimum van 2 procent van het bruto binnenlands product. De opportuniteiten die een evolutie richting de nieuwe NAVO-doelstelling van 5 procent biedt, grote publiek-private investeringen voor nieuwe industrie, technologie en infrastructuur in een nieuwe Europese markt in opbouw, die benutten we niet.
Tegelijk is het pijnlijk toekijken hoe onze industrie kreunt en krimpt door drie jaar energiecrisis. De noodsituatie waarin onze industrie afkalft, in combinatie met een historische opportuniteit voor nieuwe industrie en de lopende energietransitie, leidt overal tot een nieuw normaal van grote staatsinterventie. De Verenigde Staten ontketenen een handelsoorlog en China duwt door met overproductie en dumping. Europa maakt een koerswending. Met de Clean Industrial Deal wil de Europese Unie lidstaten bijstaan om staatssteun toe te kennen aan energie-intensieve bedrijven.
Terwijl de Belgische regeerakkoorden - federaal en regionaal - vooral een gelijk speelveld in de Europese markt willen handhaven, wil Europa nationale staatssteun mobiliseren. De nieuwe Duitse regering speelt radicaal in op deze kanteling. Haar regeerakkoord combineert agressieve steunmaatregelen om de elektriciteitsfactuur van bedrijven en gezinnen permanent te verlagen, de belastingen op elektriciteit te verminderen tot het Europese minimum en de netwerktarieven te verminderen met een ambitieus fonds van 500 miljard euro voor bijkomende investeringen in infrastructuur en klimaatneutraliteit. In navolging van Frankrijk gaat Duitsland voor nationalistisch industriebeleid dat ook grote buitenlandse spelers wil aantrekken, om in totaal aan meer dan 600 miljard euro investeringen te raken, onder de slogan ‘Made for Germany’.
Zeitenwende
Als we niet opletten dreigt een rampscenario waarbij we de competitiviteit van onze industrie verder zien wegkwijnen zonder dat we de historische kans van een nieuwe industrialisatie grijpen. Om een antwoord te bieden aan de nieuwe schokken - door de Amerikaanse president Donald Trump, de Europese Unie en Duitsland - zijn bijkomende urgente maatregelen noodzakelijk. Daarbij zijn er vier prioriteiten.
- Een versterkte energienorm met lagere netwerkkosten en energiebelastingen voor bedrijven met een specifiek profiel in de energietransitie. De regering moet snel een entente vinden met de Europese Commissie, nu een initieel plan werd afgewezen.
- Een kader voor strategische investeringen dat een antwoord biedt op de grote infrastructuurnoden in elektrificatie en dat ruimte schept voor publiek-private financiering voor een ambitieuze industriële renaissance.
- Een all-inpakket van fiscale incentives voor transparante en competitievere elektriciteitsprijzen, met een taxshift en lagere accijnzen.
- Een ‘nood breekt wet’-kader voor staatssteun in België dat een antwoord biedt op de internationale subsidieoorlog ten bate van sectoren die strategisch belangrijk zijn voor onze industriële en technologische autonomie, gekoppeld aan een push voor meer eerlijke marktwerking in Europa.
België is zeer kwetsbaar in een uitzonderlijke tijd waarin sterke overheden noodzakelijk zijn voor industriële en technologische ontwikkeling, en waarbij zowel de internationale als de Europese omgeving bedreigingen en risico’s inhouden. We roepen dan ook op tot samenwerking met de collectieve ambitie om in dit tijdsgewricht ook in België een Zeitenwende te realiseren die het fundament legt voor de welvaart en de zekerheid van de toekomst. Zonder noodmaatregelen riskeren we die opportuniteit bij voorbaat te verliezen.