Naar overzicht

Bedrijven als staten

Wat hebben de digitalisering, het klimaat, de pandemie en de financiële markten met elkaar gemeen? Ze symboliseren de kloof tussen de politieke vragen van onze tijd en de politieke basisinstellingen, de soevereine natiestaten. De politieke vragen zijn transnationaal, zelfs mondiaal. Er is een structurele mismatch tussen architectuur en de finaliteit van de collectieve actie die we kennen als politieke besluitvorming.

De mensheid heeft zesentwintig mondiale klimaattoppen gehad, maar heeft nog steeds geen sluitend klimaatbeleid. Als de politieke actoren onvermogend zijn om de politieke uitdagingen aan te gaan, zijn er maar twee opties denkbaar: ofwel mislukt de uitdaging, ofwel wordt ze door andere actoren opgelost. In het klimaatbeleid is er een opmerkelijk verschil tussen de Verenigde Staten en de staat Californië, tussen Australië en de staat Zuid-Australië, tussen Europa en Zweden of Denemarken. Individuele staten slagen er soms beter in de mix van belangen in de energietransitie te vertalen in een win-win scenario dan de hele wereld op een klimaattop. Idem dito voor steden, die inzake klimaatambities nog vaker dan staten actief voorop lopen, ook in België.

Climate Pledge

Dan zijn er de bedrijven. Het is opvallend dat tientallen multinationale bedrijven de zogenaamde ‘Climate Pledge’ zijn aangegaan om al tegen 2040 net zero te halen, tien jaar vroeger dan het klimaatverdrag van Parijs vooropstelt. Op de financiële markten is ‘green finance’ de nieuwe rage. De kersverse Glasgow Financial Alliance verenigt 450 investeerders met 130 biljoen dollar vuurkracht, allemaal gericht op net zero. Ik ken geen studies daarover, maar ik vermoed dat het bedrijfsleven zich veel meer dan de gemiddelde burger voor klimaatoplossingen engageert. Dat is deels goed burgerschap als verantwoordelijk bedrijf, deels branding en deels goed zakendoen. Tesla heeft de switch naar elektrisch rijden eigenhandig geforceerd. Het heeft daardoor de batterijtechnologie zodanig beter en goedkoper gemaakt dat de politici er nu gemakkelijk kunnen voor kiezen. En ondertussen is Tesla meer dan duizend miljard dollar waard.

Innovatie zal ons redden, maar ze vergt soms ook nieuwe politieke actie. Dat brengt mij tot Facebook. Bijna drie miljard gebruikers verspreid over de hele wereld. Wie stelt en bewaakt de grenzen van interactie, privacy en meningsuiting? Sommige autoritaire regimes, China voorop, kiezen voor verbieden of drastisch censureren. Maar voor de vrije en democratische wereld is er geen enkel orgaan dat het Facebook-probleem de baas kan. Dan maar Facebook zelf, met tienduizenden werkmieren die de onophoudelijke inhoudsstroom moeten controleren en een mix van zelfregulering, publiek debat en een technocratische overzichtsraad. Dat beheerst het probleem tot op zekere hoogte, maar het is geen legitieme oplossing voor wie aan de democratische rechtsstaat wil vasthouden.

Metaverse

En dat is nog maar het begin. Facebook leidt de dans die ons in de virtuele ‘metaverse’ moet trekken. Daarin leven we ooit alternatieve digitale levens, met digitale alter ego’s, munten, eigendommen en ga zo maar door. Alle problemen van het huidige Facebook worden dan exponentieel groter: het gaat niet meer om taal en beeld maar om gedrag en samenleven, om een andere versie van de hele fysieke wereld. Gaan we ook die wereld aan de zelfregulering van bedrijven overlaten? Niemand wil dat echt, het gebeurt gewoon bij gebrek aan alternatief. Een mondiale regering is ondenkbaar, een mondiale politieke consensus eveneens. Maar als de vrije natiestaten van de wereld niet sneller internationaal leren reguleren, dan beleven we nu het kantelmoment waarop multinationale bedrijven, finaal gefaciliteerd door artificiële intelligentie, de facto de rol van staten overnemen.

Weergave van column in Trends, geschreven in eigen naam.