Naar overzicht

AI-bubbel of AI-wedloop?

AI, crypto, media, Wall Street en topsport: de stamboom der genodigden voor het galadiner op het Witte Huis vorige week toont de zakenbelangen. President Donald Trump trekt alle registers open voor de Saudische kroonprins die zelf meer dan 1000 miljard investeringen in de VS belooft. Het grote geld verloopt dezer dagen via de grote politiek. Meer nog, de grote zakenbelangen zijn nu intrinsiek geopolitiek. Bedrijven als Nvidia en OpenAI zijn de commerciële exponenten van de strategische belangen van een Amerika dat met China wedijvert voor technologiedominantie, zowel militair als civiel. 

Slimme waarnemers zien in de Amerikaanse AI-hausse potentieel de bubbel aller bubbels: een technologiebubbel zoals de internetbubbel van de eeuwwende, een zakelijke vastgoedbubbel zoals de huizenbubbel van 2007, een financiële bubbel vol schaduwbankieren en volatiele kredietconstructies zoals de Globale Financiële Crisis van 2008-09, allemaal tegelijkertijd. Maar dit is niet zomaar een mogelijke megabubbel. Dit is ook een geopolitieke wedloop. AI is voor onze eeuw wat het kernwapen was in de 20ste eeuw. Wie AI domineert, heeft wereldmacht. En voor het eerst sinds de kernbom is er opnieuw een technologie in aanmaak waarvan de uitvinders zelf de mensheid waarschuwen voor de existentiële risico’s terwijl ze halsoverkop de wedloop aangaan. 

In een vorig tijdperk hadden alleen grote natiestaten de ettelijke miljarden kunnen mobiliseren die de AI-wedloop vergt. Big Tech en Wall Street, de gecombineerde erfenis van de hoogzomer van de globalisering, kunnen voor Amerika doen wat Amerika zelf niet meer collectief als natie hoeft te doen. Ze worden daarmee niet alleen ‘too big to fail’ maar ook te belangrijk om te falen. Een bedrijf als Nvidia, dat staat voor zowat 90% van alle AI-chips, is zelfs een feitelijke privaat-publieke monopolist, nu een ‘geo-monopolist’. Geen wonder dat zijn CEO president Trump volgt als een schaduw. 

De transformatie van Silicon Valley in een ‘dual use’ civiel-militaire sector zou Amerika een strategisch voordeel moeten bieden in zijn concurrentiestrijd met China. De wendbaarheid en innovatiekracht van het ondernemerschap en de markt, de magneet van mondiaal talent die San Francisco blijft, het reservoir aan risicokapitaal, de slagkracht en de mondiale reikwijdte van de Amerikaanse hyperscalers: dat zijn de kapitalistische hefbomen van de Amerikaanse technologiegeopolitiek. Ze verklaren ook waarom Donald Trump zo tegen Europa van leer trekt wanneer wij AI reguleren ten nadele van de Amerikaanse multinationals. Dit gaat over veel meer dan protectionisme: dit is geopolitiek, andermaal.

Big Tech is niet alleen ‘too big to fail’ maar ook geopolitiek te belangrijk om te falen.

Tegenover het disruptieve marktkapitalisme dat bubbels kent als inherent aan innovatiesprongen staat het staatskapitalisme van China. Daar kunnen de AI-protagonisten rekenen op goedkope energie, op grootschalige infrastructuur, op een ruggengraat van industriële nijverheid voor AI-toepassingen, op toegang tot zeldzame aardse mineralen voor chipproductie, op hele legers afgestudeerde ingenieurs, en op bevolkingsdata die de communistische overheid verzamelt. En natuurlijk doet ook China actief aan technologie-geopolitiek in internationale betrekkingen. 

Het is onzeker of ‘AI met Chinese karakteristieken’ het proefondervindelijk zal halen van Amerikaanse AI, of de Chinese voorsprong in industriële productie Amerika zal kloppen in pakweg AI-drones of -robots. Het is onzeker of de Amerikaanse droom van artificiële algemene of superintelligentie het zal halen van pragmatische en goedkopere Chinese AI-applicaties. Een zaak lijkt wel zeker. Bubbel of wedloop: in geval van nood zal zowel Amerika als China er alles aan doen om een patriottische AI-industrie als mondiale referentie te behouden. 

Weergave van column in Trends, geschreven in eigen naam.