Werkgelegenheid GPS voor steden
In 72,7% van de Vlaamse gemeenten ligt de werkgelegenheidsgraad hoger dan het Europese gemiddelde (74,1%), tegenover slechts 10,3% van de Waalse gemeenten. De situatie is nog alarmerender in Brussel, waar geen enkele gemeente boven het Europese gemiddelde uitstijgt. Deze infografiek brengt de werkgelegenheidsgraad en -trends in Belgische steden en gemeenten (op basis van woonplaats) in kaart.
Ter herinnering: de bevolking op arbeidsleeftijd (18-64) is verdeeld in werkenden, niet-werkenden en inactieven. De werkgelegenheidsgraad is dus het aandeel werkenden in de bevolking in de werkende leeftijd. In België bedraagt de werkgelegenheidsgraad ongeveer 70% voor de hele bevolking tussen 18 en 64 jaar.
Onze geolokalisatie van de werkgelegenheidsgraad in België brengt aanzienlijke regionale verschillen aan het licht en biedt een waardevol perspectief op werkgelegenheidstrends op het niveau van steden en gemeenten. We werken op basis van administratieve gegevens uit de elektronische stromen van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid.[i]
De werkgelegenheidsgraad van steden en gemeente (2021)
Figuur 1 : Werkgelegenheidsgraad in 2021 (Bron: Steunpunt Werk en eigen berekeningen)
In 2021 stelde de Europese Unie op de Sociale Top van Porto een ambitieuze doelstelling vast: een minimale gemiddelde arbeidsparticipatie van 78% in de EU-28 tegen 2030.[ii] België blijft echter aanzienlijk achter, met een kloof van 2,2 procentpunten ten opzichte van het Europese gemiddelde (EU 27: 74,1%, België 71,9%).[iii]
De granulariteit van onze analyse werpt echter meer licht. In Vlaanderen is de arbeidsmarkt krap, met in de meeste gemeenten een werkgelegenheidsgraad van meer dan 75%. In Brussel en Wallonië daarentegen is de realiteit minder eenduidig. In Brussel is er een duidelijke scheiding tussen het noorden en het zuiden van het kanaal, terwijl in Wallonië de gebieden met een lage werkgelegenheidsgraad beperkt zijn tot de grote steden zoals Charleroi, Bergen en Luik. Deze situatie is enigszins paradoxaal, gezien de grotere tekorten aan arbeidskrachten in Wallonië en Brussel. Volgens de barometer 2023 van de Manpower Group heeft 84% van de werkgevers het moeilijk om hun vacatures in Wallonië in te vullen, tegenover 80% in Brussel en 76% in Vlaanderen. [iv]
Deze uitgesproken verschillen tussen landelijke en stedelijke gebieden tonen aan hoe belangrijk het is om het werkgelegenheidsbeleid te richten op de bewoners van grote stedelijke gebieden. De inspanningen die sinds enkele jaren in Wallonië worden geleverd om de stedelijke centra nieuw leven in te blazen, zijn dan ook welkom (we denken in het bijzonder aan het Catalyseur-plan CATCH voor Charleroi dat in 2017 werd gelanceerd onder leiding van Thomas Dermine, de huidige staatssecretaris voor Herstel en Investeringen). Het is van vitaal belang om de regio Samber-Maas nieuw leven in te blazen, die nog steeds lijkt te lijden onder de industriële achteruitgang die begon met de sluiting van de kolenmijnen en werd verergerd door de sluiting van grote werkgevers zoals Caterpillar in 2016. Dit is vooral belangrijk omdat bijna twee derde van de Waalse bevolking in deze regio woont.[v]
De werkgelegenheidsgraad is vrij laag in de gemeenten aan de grenzen met Frankrijk, Luxemburg en Nederland, gezien het grote aantal Belgische inwoners die aan de andere kant van de grens werken en van wie de jobs over het algemeen niet in België worden geregistreerd (zie infografiek 1).
De evolutie van de werkgelegenheidsgraad in steden en gemeenten (2006 – 2021)
Figuur 2 – Evolutie van de werkgelegenheidsgraad (Bron: Steunpunt Werk en eigen berekeningen)
Figuur 2 toont de evolutie van de werkgelegenheidsgraad in de Belgische gemeenten over de laatste 15 jaar. In de gemeenten in het groen is de werkgelegenheidsgraad met meer dan 10% gestegen. Een groot aantal van deze gemeenten ligt in Wallonië, wat zou kunnen wijzen op een mogelijke inhaalbeweging van de werkgelegenheid op Waals niveau. Dit moet echter genuanceerd worden, aangezien een stijging van 10% gemakkelijker te realiseren is als het startniveau laag is. Omgekeerd hebben Vlaamse steden en gemeenten een lagere groei van hun werkgelegenheidscijfers gekend. Dit verschil in evoluties in werkgelegenheidscijfers ligt aan de basis van het economische convergentiemechanisme, dat het onderwerp zal zijn van onze volgende infografiek.[vi]
Binnen Wallonië komen verschillen in de groei van de werkgelegenheid aan het licht. De provincie Namen kent een sterke groei. De werkgelegenheid groeit daarentegen het minst sterk in de provincie Luxemburg en is ook zwak in de provincie Luik, met zelfs een daling van de werkgelegenheid in sommige buurgemeenten die verband houdt met de uitbreiding van de grensoverschrijdende arbeid met Luxemburg en Nederland (zie infografiek 1). Er is ook een dispariteit in de werkgelegenheidsgroei in Brussel, met een sterke stijging in het westen van de stad, deels toe te schrijven aan de opname van internationale werknemers (Europese instellingen en NAVO) sinds 2017. De werkgelegenheidsgroei is ook minder uitgesproken in de Vlaamse rand rond Brussel en in de provincies West- en Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant, gezien de reeds zeer hoge werkgelegenheidsniveaus, zoals blijkt uit figuur 1.
[i] De gegevens van Steunpunt Werk worden ontleend aan verschillende administratieve bronnen: RSZ, INASTI, INAMI, ONEM, Statbel, DWH AM&SB binnen BCSS, BISA. Deze administratieve gegevens zijn te onderscheiden van enquêtegegevens zoals die van de arbeidskrachtenenquête (LFS van de FOD Economie) die gebruikt worden voor internationale vergelijkingen. Deze enquête is gebaseerd op antwoorden op de volgende vragen: Heb je werk of ben je op zoek naar werk? Bent u beschikbaar voor werk binnen een bepaalde periode? Steekproeffouten en subjectiviteitsvertekening beperken de relevantie van deze gegevens, vooral voor de populatie waarin we geïnteresseerd zijn. Wat de administratieve gegevens betreft, zijn de werkloosheidsreglementeringen duidelijk over de verplichting om actief werk te zoeken. Werkloze ouderen die zijn vrijgesteld van het zoeken naar werk, worden daarom als inactief behandeld.
[ii] Bron: Conseil Européen
[vi] Hindriks, J., & Godin, M. (2015). "Disparités et convergence économiques : rattrapage économique wallon ?" Regards Économiques, Numéro 120, Novembre 2015.